In de ban van de smartphone

De verwarring bij opvoeders en onderwijsprofessionals is groot, en de consensus over broodnodige spelregels ver te zoeken. Sinds kinderen massaal sociale media en smartphones hebben omarmd is de geest uit de fles en niemand schijnt te weten hoe hem weer daarin terug te krijgen. Voor wie nog twijfelt: in Nederland blijven de laatste jaren meer kinderen zitten dan in de ons omringende landen. En dat is precies de periode dat de smartphone op het toneel verscheen. Sinds vorig jaar doet de onderwijsinspectie onderzoek naar het toegenomen aantal zittenblijvers en kijkt daarbij onder meer naar een mogelijke relatie met het feit dat de Nederlandse jeugd meer smartphones bezit dan haar Europese leeftijdgenoten – 76 % van de 10-17-jarigen bezit er een – en meer gebruik maakt van sociale media.

smartphone

Dalende prestatiecurve

Na het verschijnen van het eerste rapport dit schooljaar vonden in het voortgezet onderwijs de 10 minuten-gesprekjes plaats. Zo had een bevriende docente Duits en tevens mentor van 2 HAVO/VWO twee avonden lang een volle agenda aangezien ‘haar’ klas en masse in een dalende prestatiecurve terecht gekomen is. Hoofdverdachte is de WhatsApp-groep die de klas bij de start van het schooljaar heeft aangemaakt.

”Een uur niet kijken op je mobiel en je hebt 140 berichten gemist. En die moeten gelezen worden anders kun je niet meepraten.” Voor de mentor zijn probleem èn oplossing helder, maar de ouders blijken het lastig te vinden ‘in te grijpen in het privé leven’ van hun kind. En ook school houdt de impasse in stand: sancties op ongewenst mobielgebruik zijn er niet, want het afpakken van een smartphone staat gelijk aan ‘diefstal’ zo luidt de juridische redenering in dit pedagogische werkveld. En zo staat de docent met lege handen. Opvoedkundige verwarring, het succes van de verdeel- en heersstrategie van de smartphone in een notendop …

Spelregels

Ook op de basisschool van mijn jongste zoon (10) zijn ze inmiddels doordrongen van de noodzaak van spelregels: sinds kort is het verboden foto’s te maken op het schoolplein op straffe van het vegen van het plein. En mijn buurman polste onlangs voorzichtig hoe mijn vrouw en ik dat doen met onze vijf kinderen en hun smartphones. Je kunt er niet vroeg genoeg mee beginnen, zijn kinderen zijn twee en net een half jaar ..

Zelfs op de universiteit heerst verwarring, alleen richten daar de zorgen zich op de steeds hogere tentamencijfers. Vol trots kondigde de universiteit van Maastricht onlangs een nieuw wapen aan in de strijd tegen ‘wetenschapsfraude’: met een ‘pockethound’ kunnen surveillanten voortaan spieken op de wc tegengaan. Voor de deur van de wc kan er met dit ingenieuze apparaat gecontroleerd worden of er naast een grote boodschap binnen ook dataverkeer plaatsvindt … De afluistertechnieken van de NSA zijn een stuk discreter. En dat alles om de devaluatie van het universitair diploma tegen te gaan: ”Op de wc heb je binnen drie seconden een google-hit op Wikipedia èn het antwoord op je vraag.”

Meer nadelen dan voordelen

Over de voordelen van smartphones en sociale media (WhatsApp, Facebook, Twitter, Snapjet, Instagram) zijn jongeren helder, zo bleek onlangs uit een enquête van Mijn Kind Online en Kennisnet:

– Je kan op de hoogte blijven.
– Kijken wat anderen aan het doen zijn (‘lurking’), ook beroemdheden en BN’ers.
– Contact onderhouden met vrienden en nieuwe vrienden maken, kletsen.
– Het is een bron van informatie en advies.
– Je kunt laten zien wie je bent of wie je zou willen zijn.
– Het is gratis en simpel.
– Het helpt tegen verveling en geeft je een houding als je bijvoorbeeld wacht.

Opvallend genoeg noemen jongeren echter meer nadelen:
– Het gebrek aan privacy. Mensen zetten teveel zaken online die niemand iets aangaan.
– Je bent altijd zichtbaar, en vrienden kunnen zien wanneer je online bent.
– Infobesitas, je krijgt een overload aan informatie.
– Het leidt af, het veroorzaakt studie ontwijkend gedrag.
– Het is verslavend en soms vermoeiend.
– Je voelt je buitengesloten als je geen sociale media hebt.
– Het geeft een ander beeld van de werkelijkheid. Iedereen zet er alleen leuke dingen op.
– Je hebt minder persoonlijk contact doordat je alles al via WhatsApp vertelt.
– Je bent minder bezig met je omgeving, alleen met je telefoon.
– Er is druk om meteen te reageren, ook ‘s nachts. Kan ook tot irritaties leiden.

Vrij vertaald klinkt dit als een roep om spelregels. Of zoals in de opvoeding gebruikelijk is: speelruimte bieden binnen regels en grenzen. Alleen zo kan het kind een balans vinden tussen grenzen erkennen en grenzen verkennen. En blijft de nachtrust gewaarborgd. Maar bij ouders en onderwijsprofessionals lijkt slechts langzaam het besef door te dringen dat ook hier een opvoedkundige taak ligt. En ondertussen heerst de smartphone-anarchie.

Opkomst en ondergang van de WhatsApp-groep van klas A1X

Een positief verhaal vormde aan het begin van dit schooljaar de kennismaking met de brugklasmentor van mijn jongste dochter (13). Deze docent geschiedenis begon zijn verhaal ten overstaan van de ouders met de opkomst en ondergang van de WhatsApp-groep van klas A1X: ”Dit voorstel van de klas leek me een prima idee. Na twee dagen kwam ik daarvan terug. Negen van de tien berichten waren van een bedenkelijk laag niveau, van de gehoopte uitwisseling van voor school relevante zaken kwam niets terecht. Bovendien liep het aantal berichten de spuigaten uit, zodat de echt belangrijke appjes – die van mij – niet opvielen in de stortvloed. Belangrijke schoolzaken gaan nu weer gewoon via de e-mail.”

Om meteen daaraan toe te voegen: ”En beste ouders, huiswerk en smartphone gaan niet samen. De eerste zoemer kunnen ze nog weerstaan, bij de tweede slaat de twijfel toe, en bij de derde is de gedachte dat het wel belangrijk moet zijn en dus … weg concentratie. Dus ouders, zorg dat de mobiel beneden ligt als er boven huiswerk wordt gemaakt.”

‘Trillende broekzaksyndroom’

Niet lang na deze ouderavond ontvingen alle ouders een e-mail van de rector met het nieuwe beleid mobiele telefoons. Vergezeld van het verzoek dit ook als ouders te ondersteunen. ‘Aan de basis ligt de zorg om de gezondheid van leerlingen (verslavingsgedrag, ‘socialbesitas‘), het willen voorkomen van verstoring van het onderwijs (‘trillende broekzaksyndroom’) en het bevrijden van de sociale druk van leerlingen die zich geen duur mobieltje kunnen veroorloven.’

De voornaamste regel betreft het beperken van de locaties waar de mobiel gebruikt mag worden: ‘Alleen in de aula, mediatheek en op het schoolplein. Tijdens de lessen is de apparatuur op stil gezet en opgeborgen in het kluisje van de leerling of in de schooltas’. Wellicht een idee voor de Universiteit van Maastricht. In elk geval een oplossing die kostenneutraal is en het voorkomt mensonterende confrontaties in het toilet.

 

Verder lezen:

Justine Pardoen, Focus – Over social media als de grote afleider, 2013

Common Sense Media, Children, Teens and Entertainment media: The view from the classroom, 2012

 

Een gedachte over “In de ban van de smartphone

  1. Daisy Winters

    De smartphone heeft inderdaad een aparte tendens teweeg gebracht in het dagelijkse leven. Het is echter miet te voorkomen en biedt natuurlijk ook vele voordelen, die we niet moeten onderschatten.

    Like

Geef een reactie

Gelieve met een van deze methodes in te loggen om je reactie te plaatsen:

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.